Zeeduivel

Zeeduivel

(Lophius piscatorius)

Zeeduivel doet zijn naam eer aan want hij heeft een 'monsterlijk' uiterlijk. De zeeduivel is weinig bewegelijk en kan niet goed zwemmen. Daarom heeft hij een speciale manier om aan zijn kostje te komen. De zeeduivel heeft een 'hengel' boven zijn kop met een pluimpje eraan dat als aas dient, met zijn tanden kan hij de vissen eten die hij op deze wijze heeft gelokt.

Bovenzijde roodbruin tot groengrijs met donkere vlekken, onderzijde vuilwit. Maximale lengte 2 m

Smaak

De smaak van de zeeduivel is heel verfijnd en vergelijkbaar met die van de kreeft. Het vlees is roomwit met een oranje-achtige gloed, glanzend, stevig en zoetig van smaak.

Bereidingswijze

Voor de bereiding moet het sterke vlies dat om het visvlees zit, verwijderd worden. Zeeduivel kan gestoofd, gestoomd, gebakken of gegrild worden. Als de kop nog aanwezig is, kan hiervan soep worden getrokken.

Voedingswaarden

291 kJ, 0,4 g vet (waarvan 0,1 mg Omega-3), 18 g eiwit, 100 mg natrium, 20 mg calcium, 1,0 mg ijzer, vitamines B1, B2 en C.

Alternatief

Voorkomen / Vangst

Oostelijke Atlantische Oceaan, van Noorwegen tot de Straat van Gibraltar, Middellandse Zee en Zwarte Zee.

Visweetje

Door de omvang van de bek en de capaciteit van zijn maag, kan hij tamelijk grote vissen verwerken. Zo is er eens een kabeljauw van ongeveer dezelfde lengte als de zeeduivel in zijn maag aangetroffen.

Meer informatie

De meeste zeeduivels worden in de ondiepe kustwateren van Frankrijk, Spanje en Engeland gevangen en vers aangevoerd. De onprettig aandoende kop is er dan meestal al vanaf gesneden. De laatste jaren is zeeduivel tot een van de meest gewaardeerde vissoorten gaan behoren. Dat was tien jaar geleden wel anders, toen kon de vis gratis meegenomen worden.